Overslaan en naar de inhoud gaan

Rioolwerker met een angry back

Een medewerker van een rioolbedrijf krijgt eczeem op beide onderarmen, rechts meer dan links, dat zich verder uitbreidt naar de onderbenen. Bij allergologisch onderzoek wordt "allergie voor rubber" wordt geconstateerd, evenals voor "alle geteste stoffen van het werk". Hij krijgt het advies ander werk te zoeken. De klachten verdwijnen echter niet ondanks aangepast werk.Werkplekonderzoek vanuit een expertise centrum leert dat het aangepaste werk bestaat uit het rijden en beladen van bedrijfs auto's naast het ontstoppen en leegzuigen van putten en riolen.

Bij vervolg- allergologisch onderzoek blijkt een contactallergie voor cocamidopropyl-betaïne en diphenylguanidin. De reacties op cocamidopropyl-betaïne blijken de klachten te kunnen verklaren. Niet alleen komt deze stof voor in zijn shampoo, maar ook in het schuimende rioolwater waarmee zijn onderarmen en onderbenen via doorweekte broekspijpen regelmatig in contact komen . De diagnose wordt gesteld op allergisch contactecze em, te duiden als een beroepsziekte. Vermijding van blootstelling aan deze contactallergenen in het werk blijkt mogelijk en verlies van werk kan worden voorkomen. De heftige huidreacties op alle geteste eigen materialen bij het eerste onderzoek kunnen geduid worden als vals-positieve reacties door een "angry back", ook bekend als "Excited Skin Syndrome.". Dit wordt gekenmerkt door een tijdelijke hyperreactiviteit van de huid zoals Bruynzeel beschrijft in zijn proefschrift in1983. Zijn laatste stelling luidt als volgt: "Uiterste voorzichtigheid dient betracht te worden bij het beoordelen van plakproeven, zeker wanneer het aan de uitkomst verbonden advies de patiënt uitsluit van bepaalde werkzaamheden.

Bruynzeel D.P. Angry back or Excited skin syndrome
Proefschrift Vrije Universiteit van Amsterdam, 1983